14:13


Als Jezus het hoort

neemt hij de wijk daarvandaan,
in een boot
naar een plek waar de woestijn is
om in afzondering te zijn.
De scharen die daarvan horen
volgen hem vanuit de steden te voet.

14:14


Als hij uitstapt

ziet hij een talrijke schare,
en is om hen bewogen;
hun kwakkelaars geneest hij.

14:15


Maar als het avond wordt,

komen de leerlingen tot hem
en zeggen: deze plek is een woestijn,
en het etensuur is al voorbijgegaan;
laat de scharen dan los,
opdat ze weggaan naar de dorpen
en voor zichzelf levensmiddelen kopen!

14:16


Maar Jezus zegt tot hen:

ze hebben het niet nodig weg te gaan:
geeft gíj hun te eten!

14:17


Zij zeggen tot hem: we hebben hier

niets behalve vijf broden
en twee vissen!

14:18


Maar hij zegt: brengt die

hier naar mij toe!

14:19


Hij beveelt de scharen

te gaan aanliggen op het gras.
Hij neemt
de vijf broden en de twee vissen,
kijkt op naar de hemel en zegent (God).
Hij breekt de broden
en geeft ze aan de leerlingen,
en de leerlingen aan de scharen.

14:20


Allen eten en worden verzadigd.

Als ze wat er over is van de brokken
ophalen,
zijn dat twaalf volle korven.

14:21


Die hebben gegeten,

dat zijn zo’n vijfduizend mannen geweest,
afgezien van vrouwen en kinderen.

Matteüs 14, 13-21

Bijbeltekst van de week  Matteüs 14, 13-21 (23)

 

Zomaar weer eens een iets te bekend ‘wonderverhaal’?  Let op de plaats die het ‘brood uit de hemel’ hier midden in Matteüs inneemt. Het wordt uitgedeeld op een grazige weide in een woestijn. “Afgelegen”, “eenzaam”? Misschien wel, misschien niet eens (vol van demonen en wilde dieren), in elk geval een stuk woestijn (erèmos), hetzelfde oord waarin de kinderen Israëls o.l.v. Mozes terecht kwamen na hun tocht door de zee. Daarom ook hier een zee, niet een meer, die overgestoken moet worden en waarin de leerlingen in de verzen 24-31 bijna ondergaan. En dat alles na de bizarre moord op Johannes de Doper in de verzen 1-12, nadat Jezus aan het slot van hoofdstuk 13 in zijn vaderstad al bijna niets meer kon doen, door het gebrek aan geloof daar. Het werd wel tijd voor een teken uit de hemel! En dat ís gegeven, toen duizenden konden eten van vijf broden en twee vissen, nadat Jezus had opgekeken naar de hemel.

 

Pieter Oussoren