20:9


Maar dan begint hij het

tot de gemeente te zeggen
met dit zinnebeeld:
een mens ‘plant een wijngaard aan’ (Jes. 5,1),
geeft hem uit aan landbewerkers
en gaat hele tijden weg.

20:10


Het moment gekomen

zendt hij tot de landbewerkers een dienaar
opdat ze van de vrucht van de wijngaard
aan hem zullen geven;
maar de landbewerkers ontvellen hem
en zenden hem ledig heen

20:11


Hij houdt vol en stuurt een andere dienaar;

maar ook die ontvellen zij, onteren hem
en zenden hem ledig heen.

20:12


Hij houdt vol en stuurt een derde;

maar ook deze verwonden zij
en werpen hem uit.

20:13


Maar dan zegt de heer van de wijngaard:

wat zal ik doen?-
ik zal mijn zoon, de beminde, sturen;
misschien dat ze op hém acht slaan!

20:14


Maar toen de landbewerkers hem zagen,

hebben zij met elkaar overlegd en gezegd:
dit is de erfgenaam: laten we hem doden,
dan wordt het erfgoed van ons!

20:15


En zij werpen hem uit,

naar buiten de wijngaard, en doden hem.
Dus wat zal de heer van de wijngaard
met hen doen?

20:16


Hij zal komen,

deze landbewerkers ombrengen
en de wijngaard aan anderen geven!
Maar als ze dit horen, zeggen ze:
moge dat nooit geschieden!

20:17


Maar hij kijkt hen aan en zegt:

waarvoor is er dan dit Schriftwoord:
‘de steen
welke de bouwlieden hebben versmaad,
die is geworden tot hoofd van een hoek’?-

(Ps. 118,22)

20:18


al wie op die steen valt, zal worden verpletterd,

en op wie hij valt, die zal hij vermorzelen!

20:19


Dan zoeken de schriftgeleerden

en de heiligdomsoversten
de handen op hem te werpen, in dat uur,-
en ze vrezen de gemeenschap;
want ze onderkennen dat hij
op hen doelend dit zinnebeeld zegt.

Bijbeltekst van de Week Lucas 20, 9-19 Ontveld worden

De gelijkenis van de boze wijngaardeniers is wel zo bekend, dat variaties in vertaling snel opvallen. De meest opvallende is wel het ‘ontvellen’ waar vs. 10 en 11 van reppen. Wat had de goede oude Statenvertaling ook al weer? Gewoon ‘slaan’. De Willibrord 1995 maakt er een ‘pak slaag’ van. Ik zou dat liever krijgen dan ‘afgeranseld’ te worden, zoals de Nieuwe Wereldvertaling heeft. Maar alles liever dan: ontveld worden. Dat klinkt als een regelrechte marteling.

Het Grieks heeft hier het werkwoord deroo, dat verwant is aan derma, huid. Bekend van ons ‘dermatologisch getest’. In de Septuagint komt het werkwoord maar één keer voor, en daar is inderdaad iets als ‘de huid afstropen’ bedoeld. In 2 Kronieken 29,34 wordt zoveel geofferd, dat er te weinig priesters zijn om de offers te ‘villen’. De Levieten moeten bijspringen.

Klinkt elke keer dat deroo gebruikt wordt, de huid-betekenis door? Vermoedelijk niet. In Johannes 18,22 krijgt Jezus een kaakslag (rapisma). Jezus vraagt vervolgens: ‘waarom tuigt ge me af?’ Inderdaad, hier zou ‘ontvellen’ niet kloppen. Of je huid ongeschonden blijft onder een kaakslag, is natuurlijk een tweede. In elk geval is de vertaling ‘slaan’ wat te algemeen. Daarvoor heeft het Grieks andere werkwoorden (tuptoo, rapizoo, paioo). Opvallend is bovendien het volgende. In Handelingen komt het werkwoord meermalen voor. Veel vertalingen, ook de Naardense, kiezen dan voor ‘geselen’ (bijv. in 5,40). Geselen is een manier om iemand te ontvellen.

Misschien kun je het zo zeggen: bij deroo gaat het om een manier van mishandelen waarbij het vooral om het effect op de huid gaat. Je uiterlijk wordt erdoor aangetast. Je lijdt gezichtsverlies. Het vel wordt je over de oren gehaald. En dan zit je niet lekker meer in je vel.

Wouter van Voorst